Sponsoren:

25 jaar 1996-2021

Home Informatie Inschrijven Foto's Gastenboek Contact

Draaiboekje Vetgate Klasse II


Sommige dingen staan zowel bij ruiter als grooms. Spreek van te voren af wie wat doet. We gaan ervan uit dat het paard goedgekeurd wordt. Zie hieronder het gedeelte uit het DER-reglement over de vetgate



De ruiter:

1  Geef bij binnenkomst de vetkaart aan de tijdnoteerders, die schrijven tijd van binnenkomst bij arrival time.

2  Halstertouwtje aan. Zadel af, bit en teugels weg. Leg bij koud weer meteen een deken op, koel bij warm weer. (En leg bij warm weer evt. een deken over de achterhand.) Biedt het paard meteen wat te drinken aan. Meet met de fonendoscoop de hartslag. Wanneer deze 60 of lager is, biedt je je paard aan bij de veterinair.

Je hebt 20 minuten om je paard op 60 te krijgen. Biedt niet te vroeg aan, want als je paard bij de eerste keer aanbieden hoger is dan 60, heb je nog maar een kans om hem aan te bieden. Dat moet gebeuren binnen 20 minuten na arrival time. Is hij dan nog steeds hoger, ben je gediskwalificeerd.

Het moment dat de pols goed bevonden is, wordt als in time genoteerd. Vanaf dat moment gaat de verplichte rust in. De verplichte rusttijd wordt per wedstrijd vastgesteld, maar is meestal een half uur. Geef de vetkaart aan de tijdnoteerders. Je vertrektijd wordt bij out time geschreven.

3 Ga direct daarna naar de dierenarts en laat je paard verder keuren. (Zelfde als voor- en nakeuring, eventueel aangevuld met een ridgway trot.)

4 Als je paard goed is, zorg dan dat het te eten en te drinken krijgt en een deken op krijgt. Krab de hoeven uit. Houdt het paard goed in de gaten.

5 Zorg dat je zelf een tijdje kunt zitten en eet en drinkt. Verwissel je T-shirt en eventueel je sokken. Ontspan en laat je bijvoorbeeld masseren ;-)

6 Mocht er iets fout zijn gegaan in het eerste gedeelte van de rit, bespreek dit dan en doe er iets aan.

7 Kijk bij het opzadelen (of liefst al eerder) het tuig goed na op beschadigingen. Verwissel het shabrak en eventueel ook de singel. Leg het zadel en eventueel hartslagmeter er weer op en doe het bit in.


Grooms:

1 Zorg dat je ruim van te voren bij de vetgate bent. Zoek een schaduwplekje uit de wind (bij voorkeur) en richt deze vast in voor de start.

Zet de kratten, of emmers met koelwater zo dat het paard er tussen kan staan en je dus heel makkelijk kan koelen. Zet vast drinkwater klaar. Zet het zadelbokje en klapstoeltje klaar en zorg dat het extra shabrak, singel en T-shirt klaar liggen.

2 Halstertouwtje aan. Zadel af, bit en teugels weg. Leg bij koud weer meteen een deken op, koel bij warm weer. (En leg bij warm weer evt. een deken over de achterhand.) Biedt het paard meteen wat te drinken aan. Meet met de fonendoscoop de hartslag. Wanneer deze 60 of lager is, biedt je je paard aan bij de veterinair.

Je hebt 20 minuten om je paard op 60 te krijgen. Biedt niet te vroeg aan, want als je paard bij de eerste keer aanbieden hoger is dan 60, heb je nog maar een kans om hem aan te bieden. Dat moet gebeuren binnen 20 minuten na arrival time. Is hij dan nog steeds hoger, ben je gediskwalificeerd.

Het moment dat de pols goed bevonden is, wordt als in time genoteerd. Vanaf dat moment gaat de verplichte rust in. De verplichte rusttijd wordt per wedstrijd vastgesteld, maar is meestal een half uur. Geef de vetkaart aan de tijdnoteerders. Je vertrektijd wordt bij out time geschreven.

3 Ga direct daarna naar de dierenarts en laat het paard verder keuren. (Zelfde als voor- en nakeuring eventueel aangevuld met een ridgway trot.)

4 Als je paard goed is, zorg dan dat het te eten en te drinken en een deken op krijgt. Krab de hoeven uit. Geef eventueel nog wat elektrolyten. Houdt het paard goed in de gaten.

5 Zorg dat de ruiter ook eet en drinkt, even zit en ontspant. Geef bijvoorbeeld een massage! ;-) Vraag de ruiter hoe het gaat en of er dingen niet goed zijn. Zo ja, doe er dan wat aan.

6 Kijk bij het opzadelen (of liefst al eerder) het tuig goed na op beschadigingen. Verwissel het shabrak en eventueel ook de singel. Leg het zadel en eventueel hartslagmeter er weer op en doe het bit in.

7 Ruim de hele boel weer op (geen rommel achterlaten!)

8  Zorg dat je ook als groom genoeg eet en drinkt. Pak alles wat je wilt (behalve als het nadrukkelijk voor paard of ruiter gereserveerd is.) en stel jezelf niet achter.



Reglementen mbt vetgate:

Een vetgate vindt men in klasse II, III en IV. De gang van zaken op een vetgate is als volgt. Direct na binnenkomst op de vetgate wordt de tijd van binnenkomst genoteerd op de veterinaire kaart. Dit is de ‘arrival time’. Vanaf de arrival time heeft de ruiter 20 minuten de tijd om het paard ter controle aan te bieden. De rijtijd loopt in dat geval door. De ruiter mag het paard in totaal tweemaal aanbieden ter controle, waarvan de tweede keer op uiterlijk 20 minuten na de arrival time. Wanneer bij de veterinaire controle de polsfrequentie lager is dan of gelijk is aan 60 per minuut , dan stopt de rijtijd en wordt deze tijd als ‘in time’ genoteerd. Wanneer de polsfrequentie bij de tweede aanbieding hoger is dan 60 per minuut , dan volgt automatisch diskwalificatie.
Vanaf het moment dat de in time is vastgesteld, gaat de verplichte rust in. Dit is de ‘hold time’. De duur van deze verplichte rusttijd is vóór de wedstrijd bekendgemaakt. Direct aansluitend wordt het paard nader gecontroleerd op locomotie, turgor, slijmvliezen, darmgeluiden en algehele conditie. Bij duidelijke tekenen van oververmoeidheid of dehydratie, bij abnormaal hoge temperatuur, bij kreupelheden of bij ernstige verwondingen of drukkingen wordt de deelnemer gediskwalificeerd. De veterinair kan ook besluiten tot een ridgway trot.
Wanneer naast de polsfrequentie en de andere controlepunten ook de beoordeling van dit laatste aspect positief is, dan kan de combinatie de wedstrijd vervolgen en wordt de vertrektijd als ‘out time’ genoteerd.
In de vetgate moet het paard uitsluitend met halster of hoofdstel worden aangeboden. In de vet area mogen slechts twee personen aanwezig zijn en mag het paard slechts door één persoon gepresenteerd worden. Het is de ruiter niet toegestaan handelingen te verrichten die tot doel hebben de hartslag van het paard te beïnvloeden, dit ter beoordeling van de veterinair. Het verzorgen van het paard mag alleen plaatsvinden in de daarvoor bestemde grooming area.